Tegenstrijdige gevoelens
Door deze moeilijke situatie kan je met heel wat verwarrende en tegenstrijdige emoties te maken krijgen. Daar is niets mis mee.
- Gevoelens van boosheid zijn erg normaal. Je bent kwaad op je broer of zus, omdat hij of zij onbetrouwbaar is, of omdat de situatie jullie ouders zoveel verdriet en pijn doet. Boos zijn is geen probleem, het gaat erom hoe je hiermee omgaat. Probeer niet uit te barsten. Neem afstand van de situatie en probeer er later, op een rustig moment, opnieuw op terug te komen.
- Daarnaast kan het dat je bang bent dat het erger wordt, of dat het niet goed zal aflopen met je broer of zus. Voor sommige broers of zussen heeft die angst een impact op hun dagelijks leven. Ze kunnen zich bijvoorbeeld niet goed meer concentreren op hun werk of op school.
- Het is heel normaal dat je je verdrietig voelt wanneer je broer of zus drugs gebruikt. Het kan zijn dat je het gevoel hebt dat je ouders alleen maar aandacht hebben voor de problemen van je broer of zus. Misschien zijn er vaak discussies of ruzies, wat er ook voor kan zorgen dat je je triest voelt.
- Het kan ook dat je je schaamt voor het gebruik. Het voelt alsof je de enige bent die dit meemaakt, dat niemand je begrijpt en dat de mensen over je zullen oordelen. Je kan het idee hebben dat je dit best geheim houdt, zelfs ten opzichte van de andere familieleden. Maar weet dat er heel wat anderen zijn in een gelijkaardige situatie.
- Voel je je wel eens schuldig? Schuldig omdat net jij minder problemen hebt dan je broer of zus. Je kan je ook schuldig voelen omdat je je soms kwaad, jaloers of vijandig voelt. Onthou dat je schuldig voelen niet betekent dat je schuldig bent. Vergeet nooit dat je niet zelf hebt gekozen om in deze situatie terecht te komen.
- De hele familie wordt beïnvloed door het gebruik van je broer of zus. Dat heeft onvermijdelijk een impact op de aandacht die je ouders geven aan hun andere kinderen. Hierdoor kan je het gevoel krijgen dat je jezelf moet wegcijferen of dat je te weinig aandacht krijgt. Soms voel je je verwaarloosd.
- Misschien heb je het idee dat je de problemen met je broer of zus moet compenseren door heel erg je best te doen. En wie weet verwachten je ouders ook dat je mee de verantwoordelijkheid voor je broer of zus opneemt. Die verantwoordelijkheid kan een te grote druk op jouw schouders zijn. Of je wilt je ouders niet tot last zijn en stelt je steeds meer onzichtbaar op.