Voor alle vragen over drank,
drugs, pillen, gamen en gokken

Home » Drugs ABC » NPS » Wetgeving over Nieuwe Psychoactieve Stoffen

Wetgeving over Nieuwe Psychoactieve Stoffen

Heel wat Nieuwe Psychoactieve Stoffen (NPS) zijn chemisch verwant aan klassieke  drugs, maar de chemische structuur verschilt net een beetje. Vroeger betekende dit dat heel wat van deze stoffen buiten de drugwetgeving vielen. Sinds 2017 is daar verandering in gekomen door een nieuwe wet die hele families van stoffen illegaal maakt.

De situatie vroeger: na elke nieuwe drug een nieuw verbod

Veel Nieuwe Psychoactieve Stoffen kwamen op de markt om de bestaande wetgeving te omzeilen. Doordat hun werking en effecten bekende illegale drugs imiteren, maar hun chemische samenstelling net iets anders was dan de stoffen die in de wet opgelijst staan, waren ze bij het opduiken vaak niet verboden. Uiteraard betekende dat niet dat ze wettelijk goedgekeurd of zelfs veilig zouden zijn. Meestal betekent het vooral dat de stof in kwestie ‘nog niet’ verboden was.

Voorbeelden

Eind jaren negentig van de vorige eeuw dook bijvoorbeeld 2C-B op. Dat is een stof die eind jaren zeventig in de psychiatrie onderzocht werd als mogelijk geneesmiddel. Later werd het op de markt gebracht als een middeltje dat zin geeft in seks (een libidoverhogend middel) en werd het gedeald als een xtc-achtige drug. 2C-B werd door een aanpassing van de wet illegaal op 22 januari 1998. Hierdoor mocht je sindsdien 2-CB niet in- of uitvoeren, vervaardigen, kopen of verkopen.

Mephedrone is een andere NPS die rond 2009 opdook. Die drug werd vrij snel illegaal gemaakt. Op 29 april 2010 werd hij al toegevoegd aan de lijst van middelen waarvoor een vergunning van de minister van Volksgezondheid vereist is voor in- en uitvoer, bezit, vervaardiging, verkoop, aflevering en aanschaf. Zonder zo’n vergunning riskeert men – net zoals voor andere drugs – een gevangenisstraf tussen drie maanden en vijf jaar én een geldboete tussen 1.000 en 100.000 euro. Dit bedrag moet vermenigvuldigd worden met 8 opdeciemen, wat betekent dat de boete in de praktijk tussen de 8.000 en 800.000 euro kan liggen.

Dit zijn slechts twee voorbeelden die aantonen dat de overheid telkens de wetgeving moest aanpassen zodra ze nieuwe drugs op het spoor kwam. Waarna fabrikanten en (online) dealers opnieuw andere ‘nog niet verboden’ stoffen op de markt brachten.

Zo dreigde een kat-en-muis-spel waarbij de producenten de wetgever probeerden voor te zijn, en de overheid de wet keer op keer moest aanpassen.

De situatie nu: een Koninklijk Besluit dat alle stoffen verbiedt

Om die situatie te doorbreken besloot de Belgische overheid om werk te maken van een nieuw en omvattend wettelijk kader. Op 26 september 2017 ging het Koninklijk Besluit (KB) “houdende de regeling van verdovende middelen, psychotrope stoffen” van kracht.
Nieuw aan die wet is dat ze niet langer (zoals vroeger) stof per stof of drug per drug verbiedt, maar meteen groepen van psychoactieve stoffen illegaal maakt.

Het nieuwe KB bevat een uitgebreide lijst die groepen van psychoactieve stoffen zoals (amfetamines, cathinones, tryptamines, piperazines, synthetische cannabinoïden, en fentanyl) opsomt. Hierdoor zijn niet alleen alle reeds bekende NPS illegaal, maar meteen ook alle nieuwe drugs die nog ontwikkeld zouden kunnen worden en die tot die groepen behoren. Zo wil de overheid de situatie van vroeger doorbreken waarbij voor elke nieuwe drug een aanpassing van de wet nodig was.

Kortom: door deze aanpassing in de wetgeving zijn alle Nieuwe Psychoactieve Stoffen in één slag illegaal gemaakt.

De wet voorziet de mogelijkheid om via een vergunning, als bijvoorbeeld geneesmiddelenfabrikant, toch deze stoffen in te voeren of te verkopen. Maar wie die niet heeft, riskeert dus dezelfde gevangenisstraffen en geldboetes als voor bekende illegale drugs zoals cannabis, cocaïne, xtc, speed of heroïne.

Meer over Nieuwe Psychoactieve Stoffen (NPS)